Gisteravond fluisterde Martin dat dat de laatste avond voor ons zal zijn als pelgrims, tot dat moment had ik er nog geen moment aan gedacht, ik besluit om er in de ochtend tijdens de wandeling over na te denken.
Jammer genoeg heb geen tijd om Na te denken, Timo loopt de hele tijd te fluiten en te gooien met zijn wandelstok (als een tamboermaitre)
Naarmate we dichter bij Santiago komen wil ik het ook beindigen ik ren letterlijk de laatste heuvel op; monte de Gozo, hier schijn je de kathedraal al te zien, maar helaas de teleurstelling is voor mij, want ik zie geen kathedraal, lopen tot het einde dan, geleidelijk wordt het me duidelijk dat ik de camino pas kan afsluiten als ik iedereen die met me heeft meelopen ook werkelijk Santiago binnenloopt.
Ik wordt op m'n wenken bediend, als ik in het pelgrimsburo sta te wachten in de rij staat Vicky net voor me, waar kom jij nou vandaan zegt ze, ik
dacht dat je mijlen voor me uit was, en ik dacht dat het nog dagen zou duren voor ze hier zou zijn.
Na een dikke knuffel ga ik naar binnen om mijn compostella in ontvangst te nemen, de dame bekijkt mijn credential (mijn dagelijkse stempekaart) en ik moet een lijstje invullen voor de statistieken, daarna zoekt ze mijn naam op in het latijn, het wordt Rudolphus Hendrikus Everts en een verhaal waarvan de strekking luidt uw zonden zijn u vergeven.
Daarna gaan we de kathedraal binnen, prachtig gebouw met veel goud en beelden, via een trapje Kom je achter het enorme beeld van de Apostel Jacobus, het is de bedoeling dat je hem omarmd, en iets in zijn oor fluisterd, ik zeg letterlijk; "de groetn van oes kokie, en bedankt veur de geweldige reis".
Daarna ga ik aan de andere zijde naar beneden, een keldertje in waar een zilveren schrijn staat opgesteld, met de beenderen van Jacobus, dit is het doel waarvoor mensen eeuwen lang deze plek bezoeken, velen van hen zoeken hier naar een wonder, of vergeving van hun zonden.
Ik ben de reis aangegaan om het sociale aspect, en het grote avontuur, ik kan zeggen dat ik geweldig heb genoten, en veel heb geleerd.
Ik verlaat het keldertje weer, en blijf nog even voor de pelgimsmis, dit is echter een brug te ver voor mij, rare poppekast voor toeristen.
Ik loop het plein voor de kathedraal weer op en vind daar even later Martin, Timo, Cecilia, Vicky en Johnny, we zoeken een herberg op en wachten op Michael, die zal binnen een uur hier moeten zijn Johny zoekt telefonisch contact maar krijgt geen verbinding.
Zo eigenwijs als ik ben loop ik zonder iets te zeggen de deur uit, de herberg bevindt zich namelijk aan de route, en zoek een plekje in de schaduw, lang hoef ik niet te wachten want in de verte zie ik iemand die in het gras wil gaan zitten, hij heeft een hoed op en een soort van handoek op zijn hoofd, dat kan maar een man zijn.
Bijna iedereen is nu binnen, ik wacht nog op Ronald de zuid Afrikaan, de twee denen Carsten en Erik, en Jos uit nederland, morgen is er weer een dag.
Buenos Noches